U zult er als ondernemer niet op zitten te wachten: verlies maken. Maar het kan natuurlijk wel eens even tegenzitten met de zaken. Het is dan wel een troost dat u het verlies mag verrekenen met winsten uit het verleden maar ook met de winsten die u in de toekomst nog gaat behalen. Voor de IB en de VPB gelden echter wel andere regels voor de verrekening van de verliezen.

U bent natuurlijk niet gaan ondernemen om verlies te lijden. Of u nu een IB-ondernemer bent of een VPB-plichtige onderneming heeft, de geleden verliezen kunt u onder voorwaarden wellicht nog wel verrekenen waardoor u nog wat belasting terugpakt. Hoe moet u dit aanpakken?

Verlies verrekenen in de inkomstenbelasting

Lijdt u als ondernemer voor de IB een verlies in box 1 dan mag u dit verlies verrekenen met positieve inkomsten uit box 1 van de drie voorafgaande jaren (carry-back) en met de positieve inkomsten in box 1 met de negen daaropvolgende jaren (carry-forward). De verliesverrekening kent wel een verplichte volgorde: u verrekent eerst de carry-back verliezen en dan de carry-forward verliezen. U kunt verliezen uit box 1 niet verrekenen met positieve inkomsten uit box 2 en box 3.

Tegen beschikkingen van de fiscus kunt u bezwaar maken

Beschikking van de Belastingdienst

De Belastingdienst stelt een verlies uit werk en woning (box 1) vast met een beschikking. Ook de verrekening van verliezen stelt de fiscus vast met een beschikking. Tegen beide beschikkingen kunt u bezwaar maken.

Verzoek voorlopig verliesverrekening

Als u niet wilt wachten op de belastingteruggaaf van de verrekening tot uw aangifte is afgehandeld kunt u bij het indienen van de aangifte een schriftelijk verzoek doen om een voorlopige verliesverrekening. De fiscus stelt dan de vooropige verrekening vast als aan de volgende voorwaarden is voldaan:

• U doet aangifte over het verliesjaar.
• De verliesverrekening gebeurt in een verplichte volgorde: eerst verrekening met positief inkomen in box 1 van het derde voorgaande jaar, daarna van het tweede voorgaande jaar en daarna van het voorgaande jaar.
• De aanslag over het jaar waarmee het verlies moet worden verrekend, moet definitief vaststaan.
• Van het verlies dat u aangeeft, wordt maximaal 80% verrekend. Het resterende gedeelte van het volledige door de verliesverrekening terug te ontvangen bedrag, ontvangt u als de aanslag van het verliesjaar definitief door de Belastingdienst is opgelegd.

Een verlies uit aanmerkelijk belang is alleen te verrekenen met winsten in box 2

Als de bv is opgeheven

Een verlies uit aanmerkelijk belang is alleen te verrekenen met winsten uit aanmerkelijk belang in box 2 van de IB. Maar als de bv is opgeheven, komt er geen inkomen meer binnen in box 2. Het ontstane verlies is dus niet meer te verrekenen. Om u als dga toch de mogelijkheid te bieden het verlies in de toekomst deels te verrekenen heeft de wetgever de belastingkortingsregeling in het leven geroepen.

De belastingkortingsregeling

Deze regeling houdt in dat het nog niet verrekende aanmerkelijkbelangverlies op verzoek kan worden omgezet in een belastingkorting. De belastingkorting wordt verrekend met de verschuldigde belasting in box 1, in het jaar van verzoek en eventueel in de daaropvolgende jaren als de verrekening niet in één keer kan. De inspecteur stelt de hoogte van de belastingkorting vast in een beschikking. Dit is een wettelijk vereiste.

Verliezen terugwentelen in de vennootschapsbelasting

De bv kan haar verliezen in de VPB ook terugwentelen maar dit is maar voor een jaar terug toegestaan. Er kan echter wel onbeperkt verlies voorwaarts worden verrekend. Voor deze beide verrekeningen geldt echter wel een maximum: boven een bedrag van € 1 miljoen zijn verliezen nog maar voor 50% te verrekenen in dat jaar. Dit geldt sinds 2022.

Ook voor het VPB-verlies kan een verzoek om voorlopige verliesverrekening worden gedaan door de bv. Hiervoor gelden dezelfde voorwaarden behalve dan natuurlijk dat er maar een jaar kan worden teruggewenteld in plaats van drie jaar.